Proefmuizen
moeten sigaretten roken
Aantal dierproeven in België neemt nog toe
Artikel
verschenen in het
Nieuwsblad.
In het Leuvense
laboratorium van sigarettenfabrikant Philip Morris moeten dagelijks
tientallen muizen en ratten uren na elkaar sigarettenrook inhaleren.
Een absolute schande, vindt de Anti Dierproeven Coalitie. In vergelijking
met vijf jaar geleden is het aantal proefdieren in België met 16
procent gestegen.
Sigarettenrook
inhaleren - dagen na elkaar, zes uur per dag-, om uiteindelijk gedood
te worden, longen en andere ingewanden verder onderzocht op de schadelijke
effecten van tabak. Dat is het lot van de honderden dieren in het onderzoekslaboratorium
van sigarettenfabrikant Philip Morris in Leuven. Volgens de Anti Dierproeven
Coalitie, die gisteren een protestactie op poten zette, slacht Philip
Morris massaal dieren af.
'Maar hij
niet alleen', beweert woordvoerder Danny Flies. 'In heel België
worden dieren ingezet bij proeven voor allerlei producten, zoals kunstmatige
zoetstoffen, chemicaliën, kleurstoffen, pesticiden, noem maar op.
Ook bij het testen van gedragstherapieën beroepen wetenschappers
zich vaak op muizen of ratten.' Dat het bijna altijd om gekweekte dieren
gaat, vindt Flies des te zieliger. 'Deze dieren hebben nooit liefde
gekend. Ze worden niet verdoofd en sterven een trieste dood. Voor de
onderzoekers is een dier geen levend wezen, maar een wegwerpproduct.'
Nochtans
beweert de Anti Dierproeven Coalitie geen tegenstander te zijn van wetenschappelijk
onderzoek, maar zijn dierentesten volgens de organisatie een 'verouderde
manier van testen. Er bestaan genoeg alternatieven. Denk maar aan in-vitro
of stamcelonderzoek, maar dergelijke experimenten duren langer en kosten
meer', aldus Flies.
Ondanks
de mogelijke alternatieven blijft het aantal proefdieren in België
jaar na jaar stijgen. In 2006 werden 756.715 dieren gebruikt voor experimenten
tegenover 718.976 in 2005. Dat is een stijging met 37.739 dieren of
5,2 procent. Vooral het aantal proefmuizen, -konijnen, -vogels en -vissen
is aanzienlijk toegenomen. Het merendeel van die dieren wordt gebruikt
voor het ontwikkelen van geneesmiddelen of voor kwaliteitstesten.
Volgens
professor Christa Van Ginneken, docent Proefdierkunde aan de Universiteit
Antwerpen, is elke dierproef in ons land een experiment dat op geen
enkele andere manier uitgevoerd zou kunnen worden. 'De wet waakt daar
streng over. Dierproeven voor het testen van cosmetische producten bijvoorbeeld
zijn in België helemaal verboden omdat er alternatieven voor zijn.
Een ethische commissie moet van elk experiment nagaan of het wel noodzakelijk
of relevant is. Iedere persoon die dergelijke testen uitdenkt, uitvoert
en zelfs personen die proefdieren verzorgen, moeten een opleiding Proefdierkunde
gevolgd hebben. In die cursus gaat het over de pro's en contra's van
experimenteren op dieren, de ethische overwegingen, wetgeving en geschiedenis.
In het praktische luik leren studenten bijvoorbeeld hoe ze een muis
moeten vasthouden, wat de ideale temperatuur is voor zo'n dier. Kortom,
ze leren hoe ze de dieren zo goed mogelijk kunnen behandelen. Vergeet
niet dat in België dieren die gebruikt worden in experimenten wettelijk
beschermd zijn.'
Dierenrechtenorganisatie
GAIA vindt de Belgische wetgeving echter absoluut níet transparant.
'Philip Morris heeft nooit de expliciete goedkeuring voor zijn experimenten
gekregen. Bovendien zitten in die befaamde ethische commissies geen
dierenbeschermers, alleen zogezegde onafhankelijke wetenschappers',
zegt Ann De Greef, directrice van GAIA. 'Meestal hebben ze nog nooit
ook maar één proef geweigerd. GAIA mag zelfs niet in de
commissies zetelen omdat ze geen pottenkijkers wensen.' De dierenrechtenorganisatie
eist dat er werk gemaakt wordt van een degelijk beleid. 'De overheid
belooft veel, maar doet niets. Er komen alleen nieuwe dierproevencentra
bij.' Tegen het einde van de volgende legislatuur wil GAIA de dierproeven
met 20 procent zien dalen.
Julie Van
Garsse